YOUR LOGO GOES HERE

Bureaucratie in de advocatuur?


  

  Home

  Brochure

  Reageren

  Handleiding

   Dossiers

  Links

  

 

 



Wat te doen bij uitschrijving?

De onderstaande tekst heeft betrekking op de toevoegingsaudit. Nu de toevoegingsaudit is afgescheft, is deze tekst derhalve verouderd. Desondanks kan het onderstaande toch nog interessant zijn voor andere procedures. Dit is een reden om het onderstaande voorlopig nog even te laten staan.

Een mededeling van de Raad voor Rechtsbijstand dat U bent uitgeschreven wegens het niet hebben of niet overleggen van een auditverklaring is een beschikking waartegen adminnistratief beroep kan worden ingesteld (artikel 45 Wet op de Rechtsbijstand). Eerder was op deze plaats vermeld dat, indien de Raad voor Rechtsbijstand U een schrijven toezendt waarin het voornemen tot uitschrijving wordt aangekondigd, dat ook een beschikking is waartegen een bezwaarschrift kan worden ingediend. Inmiddels heeft de rechtbank anders beslist. Wel kan iedere advocaat die is uitgeschreven wegens het niet ondergaan van een audit en weer toevoegingen wil behandelen en geen audit wil ondergaan maar eventueel wel een procedure bij de sector bestuursrecht wil voeren, de Raad voor Rechtsbijstand vragen om opnieuw ingeschreven te worden en, na weigering, een bezwaarschrift indienen.

Van een bezwaarschrift valt best iets te maken. De uitschrijving berust op de inschrijvingsvoorwaarden van de Raad voor Rechtsbijstand. Volgens artikel 15 van de Wet op de Rechtsbijstand kunnen deze voorwaarden betrekking hebben op:

1.het minimum en het maximum aantal zaken waarvoor een advocaat jaarlijks zal worden toegevoegd;

2.de deskundigheid van de advocaat op bepaalde rechtsgebieden;

3.de organisatie van het kantoor waar de advocaat werkzaam is;

4.de verslaglegging door de advocaat omtrent de door hem verleende rechtsbijstand. Dit punt kan weer op gespannen voet komen met de geheimhoudingsplicht.

Wat door de auditor wordt getoetst heeft zeker geen betrekking op het onder a en b bedoelde en in hoeverre het betrekking heeft op het onder c en d bedoelde valt nog te bezien. In ieder geval geeft het artikel de Raad voor Rechtsbijstand niet de bevoegdheid als voorwaarde te stellen dat de advocaat opdrachten verstrekt aan bepaalde commerciële dienstverleners zoals de Skir en de auditors, die tegelijkertijd ook een andere pet op hebben en als een soort controleurs ten behoeve van de Raad voor Rechtsbijstand en de Orde van Advocaten de advocaat die de opdracht verstrekt en de dienstverleners betaalt, controleren.

Voorts zou het volgende kunnen worden aangevoerd:

1.Voorzover de Raad voor Rechtsbijstand tot de uitschrijving dan wel tot het stellen van de daaraan ten grondslag liggende voorwaarde, wordt deze gebruikt tot een ander doel dan waartoe deze is verleend, nu deze bevoegdheid, voorzover de Raad voor Rechtsbijstand deze heeft, gebruikt wordt met het kennelijk doel bepaalde dienstverleners, de Skir en de auditors, een bron van inkomsten te verschaffen.

2.De beslissing is disproportioneel, zeker indien men in aanmerking neemt dat datgene wat door de auditor getoetst wordt niet gaat om kwaliteit doch om administratieve zaken er omheen.

Er kan nog een opmerking worden gemaakt over het feit dat de directeur van de Skir, die kennelijk een belangrijke initiator van het hele uitschrijvingsgebeuren is, het advocatenwerk voor zichzelf kennelijk als een soort bijbaantje beschouwt omdat zij twee dagen per week als advocaat werkzaam is. In dit verband kan bijvoorbeeld gesteld worden dat ook de inhoud van wat de auditor toetst bepaald wordt door het vooraf gewenste resultaat. De auditor toetst immers niet het aantal dagen per week dat de advocaat als zodanig werkzaam is. Ook kon een opmerking worden gemaakt dat het de Orde van Advocaten verboden zou moeten worden het woord “kwaliteitszorg” in de mond te nemen nu de Orde van Advocaten zelf kennelijk niet eens in staat wass Balienet naar behoren te laten functioneren met als gevolg dat ongeveer de helft van de advocaten die en balienetcertificaat hebben, daar geen gebruik van maken. Het balienetcertificaat werkt nu echter uitstekend. In dit verband kan ook worden geconstateerd dat de advocaten regelmatig in het kader van klantentevredenheidsonderzoeken vragen moeten beantwoorden over de tevredenheid over het optreden van cursusdocenten, die het over het algemeen goed doen, maar dat nooit gevraagd wordt naar de tevredenheid over de Orde van Advocaten, de raden voor rechtsbijstand en de Skir.

Maak hieronder Uw keuze om voorbeelden van bezwaarschriften te bekijken

Zaak Hubens

Zaak Nass